Automatiserings­medewerker

ENSCHEDE – Het was 30 jaar geleden dat ik als automatiseringsmedewerker gecontracteerd werd door Seki automatisering vof te Enschede. Direct al bij het uitschrijven van de Technische Hogeschool Twente kreeg ik van Marjo bij BOZ-INF te horen dat Seki op zoek was naar uitbreiding en dat dat wel iets voor mij was. Er volgde een gesprekje en ik mocht 1 augustus beginnen. Dat was dus in 1990. Ik mocht voor 1 maand een RWW uitkering aanvragen en de bejegening bij de sociale dienst was dermate vijandig dat ik blij was dat ik al een baan had.

Ik was na 6 jaar studie een trotse Ir. geworden en moest gaan bedenken wat ik wilde, qua werk. Ik deed een klein rondje sollicitaties en stak daar al direct veel op. Groepen afgestudeerden die bij een telecom-bedrijf in Groningen de procedure in gingen, welke voortijdig werd afgebroken omdat toenmalig directeur D. de locatie kwam bezoeken en alles daarvoor moest wijken. Geen punt hoor, gaan we weer; dat is hier dus de cultuur. Werd daarna nog wel in Den Haag uitgenodigd voor een mogelijk “management trainee” traject, maar mijn eerlijkheid als naïeve afgestudeerde werd niet geschikt geacht om reorganisatierondes te leiden, wat op zichzelf een juiste inschatting was.

(2006)

Enfin Seki dus, en automateringsmedewerker, dus iets met computers. Personal Computers zelfs, PC-AT 386, mét 80387 coprocessor. En een 20MB harddisk en coax-netwerk. IPX SPX Novell Netware enzo. CONFIG.SYS.

Het bleek programmeren te worden. In C, AutoLisp, dBase IV, Delphi, FoxPro, PL/SQL, Oracle. Het academisch denken, een aantal aangeleerde analytische best-practices, motivatie door het resultaat dat bereikt werd en het constructief ventileren van de eigen mening waren genoeg om verder te groeien tot programmeur, ontwerper (functioneel en technisch), projectleider en vervolgens tot teamleider, afdelingshoofd, directeur. Het was 1997 geworden en volgens aantekeningen zat het niet in mijn koude kleren.

Het mooie van deze route is de geleidelijkheid geweest: je weet waar je het over hebt want je hebt het zelf ook gedaan. Je weet wanneer iemand onzin praat en wanneer iemand gelijk heeft. Je kunt zaken inschatten. Je geeft het goede voorbeeld, neemt de besluiten. Op ervaring, in goed overleg en vaak ook op gevoel. Je neemt nooit iets for granted. Desondanks waren er wel crises: niet iedere medewerker staat op dezelfde manier in de wedstrijd en zeker tegen de eeuwwisseling was er regelmatig gedoe met medewerkers die het anders zagen. Het moest professioneler, het studentikoze was er wel af. En alles moest zelf geregeld worden: huisvesting, vervoer/leaseauto’s, pensioenregeling. Ook dat heeft voordelen die je nu nog in de bedrijfscultuur terugziet: alles wat er is, is er met een reden, de organisatie is enorm lean, met voornamelijk mensen en processen die er toe doen. De overnames door grotere organisaties maakten de overhead-zaken wel makkelijker, maar niet beter of efficiënter.

Zonder tevreden klanten zou de lol er gauw af zijn

Er waren best veel hoogtepunten, spannende momenten, vraagstukken, verloren projecten, kritieke situaties en oplossingen. Zelfs nog een burnout. Pijnlijk duidelijk werd ook dat je als minderheidsaandeelhouder niks te zeggen hebt als het spannend wordt. Uiteindelijk waren de afgelopen 30 jaren een continue reis met overheersend positieve gebeurtenissen en ik beleef het nog steeds als een serieuze hobby. Op die manier kunnen we het zelfs tot het pensioen nog wel uitzingen.

Kroon na 30 jaar foto (c) FMHaaglanden