Wat ik per se niet wil, is zo’n rampzalig links kabinet

Ik heb er slecht van geslapen. De angst van een weldenkend mens ligt in het irrationele, het ongrijpbare. Dat bijvoorbeeld onder massieve media aandacht iemand allerlei zaken kan beweren zonder dat er iemand zegt “hoezo?”, “is dat wel waar?”, “wat wilt u daar nou eigenlijk mee zeggen?” of “maar dat doet u toch zelf?”, kennelijk bevreesd om als partijdig of subjectief bestempeld te worden. En dat het dan lijkt alsof niemand dat dan dus ziet, en dat het verhaal erin gaat als zoete koek. En dat iedereen er een Fortuyn-smaak van krijgt, en dus -de hoopvolle gemeenteraadsverkiezingsuitslagen ten spijt- massaal ombuigt naar een radicaal beleid zonder te beseffen waarom eigenlijk. Radicaal in combinatie met “oude” politiek, een nachtmerrie.

Verward was ik. Die mevrouw staat daar toch gewoon te vertellen dat het anders moet? Gezondheidszorg, veiligheid en zo. Maar zij is toch al aan de macht? Ze is al gekozen, dus waar gaat het nou over? Zegt ze nou echt dat het niet moet zoals ze het doet?

Nee, wat we per se niet moeten willen, is zo’n rampzalig links kabinet dat er naar streeft dat onze rijkdom gelijkelijk verdeeld wordt, dat armoede en menselijkheid belangrijker dan economische groei vindt. Waarbij een voedselbank als ongewenst signaal wordt beschouwd in plaats van een mooie oplossing. Laat haar in godsnaam te vroeg pieken!