DEVENTER – Ik pochte er net nog over: dat we in de jazz waren. Tegelijkertijd was het al weer lang geleden dat ik er live bij was, bijvoorbeeld in De Tor in Enschede, het jazzfestival in Nordhorn of de veel minder avontuurlijke jazzclub Hengelo bij de schouwburg. Maar vanmiddag toch weer echte jazz, en hoe!
Op uitnodiging van Jasper van ’t Hof’s biograaf Hans Riesewijk bezocht ik het al twee keer uitgestelde optreden van Jasper van ’t Hof Trio in de statige Sociëteit de Hereeniging in Deventer, alwaar wij zelf ook weer even hereenigd waren. Velen jaren werkten we geïnspireerd samen en bouwden een basis waar ik nog op voortborduur.

Jasper van ’t Hof (1947) is een bijzondere muzikant. In mijn studententijd had ik Mama Rose, waarvan ik met name het openingsnummer Contracts erg fijn vond, het contrast tussen de elektronische sfeer van Jasper en de schorre sax van Archie Shepp. Verder is Jasper ook van de elektronica en de avantgarde ook wel, een Nederlandse Joe Zawinul misschien wel. Hij won de Boy Edgar prijs in 2018 en is verder vooral buiten Nederland beroemd. Hij woont in Enschede, is erg aardig en voor de verdere details verwijs ik graag naar de biografie, al dan niet met de 4CD box set.

Het gaat traditioneel natuurlijk over de solist en zijn begeleiders, een bandje biedt immers meer opties. Daarom zijn er Stefan Lievestro (b) en Jamie Peet (dr) om het tot trio te maken.

Stefan zag ik in mei 2009 al eens in Middelburg, met Jesse van Ruller en een drummer wiens naam ik even kwijt ben. Lekker bandje wel.

Ongerelateerd maar niet onvermeld hier is Bob Malach, die we in 2018 troffen in de band van Mike Stern, je weet wel, met Keith Carlock. Bob is een goede vriend van Jasper, lazen we in de bio. Enfin.

Drummer Jamie Peet werd me laatst getipt door een vriend die tegen AM.OK opliep en danig onder de indruk was. Om het trio te kwartetteren werd een jonge saxofonist toegevoegd, van de nieuwe geweldige Nederlands jazzgeneratie, Jesse Schilderink (ts). In onze tijd zou dat waarschijnlijk Ben van den Dungen zijn geweest.

Ik heb genóten. De mannen hadden plezier, dat is al voorwaarde nummer één, en speelden bevlogen. Het was ook mooi en niet eens zo heel erg raar. Echt prima jazz. Jasper had geen enkel bezwaar tegen foto’s, hij lijkt me de moeilijkste niet.









Grappig fenomeen is dat ik, naast dat het muzikaal gewoon “binnen komt”, onwillekeurig het gespeelde ga zitten beoordelen. Alsof ik daar ook maar enig mandaat voor zou bezitten, maar ja, als je er iets over wilt schrijven kom je daar al gauw uit.
Nou, allemaal héle dikke voldoendes zeg maar, maar in feite werd tussen de grote namen de show gestolen door de tenorsax van Jesse Schilderink. Hij werd geïntroduceerd als een soort muziekschoolverlater, wat er voor zorgt dat je de eerste stukken beoordeelt als: nou, niet gek voor zo’n jonge gast. Voor de rest ligt de lat al bovenaan.

Al gauw werd duidelijk dat we hier gewoon met een volwassen blazer te maken hebben. Geen onnodige spierballen, subtiel als nodig, stevig en overtuigend als het kan, best origineel ook (ik heb geen noot Brecker of Coltrane gehoord), en steeds smaakvol en passend.
Jesse is al een paar jaar geleden afgestudeerd en speelt in de band van Pierre Courbois, voor Jasper ook geen onbekende.
Derhalve een kwartet van wereldklasse, op een zondagmiddag in een driekwart gevuld zaaltje seniore luisteraars. Smaakt weer naar meer.

Allemaal bedankt voor het komen, het was een fijne middag.

Qua foto’s worstel ik nog wat met de witbalans, lastige belichting.
prachtig gedaan, Peter.
Mijn naam wordt genoemd :-)… Gave foto’s Peter, mooi verhaal en mooie mannen. Locatie lijkt me ook niet verkeerd zeg.