
Ons valt op dat Limburgs-Brabants de voertaal lijkt te gaan worden in commercial-land. Sterker: het begint ons -zelf niet wars van een tongval- langzamerhand te irriteren. In de veronderstelling dat er zeker in marketingland niets per ongeluk gebeurt zoeken we naar de reden, en komen tot de volgende opties.
- De gemeten populariteit van Jheert Wilders leidt -ondanks Camieleurlings en Maria Vanderoeven- tot een onbewuste betrouwbaarheidsbeleving van het Limburgs
- Eén van de grootste reclamebureaus van Nederland is gevestigd in Limburg. Of het is juist een kleintje met alleen een handjevol Limburgs sprekende voices
- Het wil voortbouwen op de jaren geleden ingezette popularisering van de dialecten (Normaal, Skik en in dit geval vooral Jhé Reijnders of Rowwen Heze)
- Het is gebaseerd op het CBS-indexcijfer Populariteit Regionale Spraak (1990=100)
- De banken proberen geleidelijk de verschillen weg te poetsen, waarna niets een fusie tussen de asanasbank en interpolis in de weg staat
- Het is een fout bij de configuratie van de localisering van de reclame: in het regionale tijdslot kunnen locale versies van reclames worden uitgezonden. Omdat niemand dit weet heeft niemand nog geklaagd, maar eigenlijk zouden wij de Twentse versie moeten horen. Dát zou dan weer wel goed zijn
- Gewoon een verkeerde inschatting van de reclamelui
- Toch onachtzaamheid (dus géén inschatting) van de reclamelui, een direct gevolg van de krapte op de arbeidsmarkt en dus van de islamisering, de Christenunie of de OV-chipkaart en de tafelmanieren in het algemeen
- Deze reclame’s zijn helemaal niet voor mij bedoeld
Wie weet het juiste antwoord? Wij adviseren onafhankelijk daarvan: Stop Er Mee.